Cookie beleid C.V.V. Vriendenschaar

De website van C.V.V. Vriendenschaar is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Eerste elftal 1927 (foto van de week)

28 juli 2020 8:00

HJ

Deze foto van de week is uit 1927 en gezien de bomen op de achtergrond moet de foto in het vroege voorjaar zijn genomen.

Het eerste elftal speelde in de derde klasse D van het district West I van de Nederlandsche Voetbalbond. De competities duurden in die tijd, vanwege de lange winters en de slechte gesteldheid van de terreinen, relatief kort. Vriendenschaar was voor het seizoen 1926/27 ingedeeld in een competitie bestaande uit acht ploegen, zodat er maar veertien competitiewedstrijden mogelijk waren.

Het eerste elftal begon de competitie met een 4-1 overwinning op DOS. Op dat moment werd DOS tot een van de zwaarste tegenstanders gerekend. De waarheid achteraf was dat DOS op de onderste plaats zou eindigen en zonder ook maar één overwinning te boeken. De wedstrijd erna won Vriendenschaar met 5-2 van ZNC uit Zeist. Maar in beide wedstrijden had Vriendenschaar toch ondermaats gepresteerd, aldus de verslaggever van de Culemborgsche Courant. Dat leek goed gezien, want de week erop ging ons elftal met 6-1 onderuit tegen Zeist. Later in het seizoen verloor ons elftal thuis ook van Zeist, met 2-3. De verslaggever in de Culemborgse Courant gaf Vriendenschaar er ongenadig van langs. Geblunder, misère, de linksbinnen van Vriendenschaar was een mislukking, enz.

Op 2 januari 1927 moest Vriendenschaar thuis spelen tegen kampioenskandidaat BFC. Het werd een kleine 0-1 nederlaag. Volgens de verslaggever in de Culemborgsche Courant had Vriendenschaar best kunnen winnen. Kees van Lint in de voorhoede en keeper van den Hurk onderscheidden zich, maar er deden ook spelers mee die de dag ervoor – het was Nieuwjaar - ‘flink aan Bacchus hadden geofferd’, ofwel met een kater wegens teveel alcoholgebruik liepen. Verslaggever verweet het bestuur dat het deze spelers had laten opstellen. Daar was in die tijd een elftalcommissie verantwoordelijk voor geweest. Trainer in dat seizoen was de Engelsman Mr. John Bollington. Maar die kwam spelers alleen maar trainen in de zomermaanden op vrijdag en zaterdag tot oktober en in de wintermaanden alleen op zaterdag, dat wil zeggen als het nog licht was. Trainingsverlichting was toen onbekend.

Op 16 januari 1927 won koploper BFC met 3-0 van BVC en had BFC nog slechts twee wedstrijden voor de boeg. Vriendenschaar moest nog meer wedstrijden spelen, maar kon hooguit nog gelijk komen met BFC. Maar dan moest BFC zijn laatste twee wedstrijden verliezen en Vriendenschaar al zijn wedstrijden winnen. De Bussumse ploeg kon het kampioenschap dus nauwelijks meer ontgaan.
Aan al het gereken maakte BFC een einde door op 30 januari 1927 in Bussum met 3-2 van Vriendenschaar te winnen en het kampioenschap te veroveren.

Eerste_elftal_tussen_1925_en_1930_ingekleurd.jpgMogelijk is deze ingekleurde foto genomen na afloop van de wedstrijd tegen BFC, waarin de Bussumse ploeg - met witte broek - afdelingskampioen werd.Een paar spelers van BFC hebben een krans om hun nek, in die tijd het gebruikelijk huldeblijk. Het elftal met de zwarte broeken is Vriendenschaar. Er staat één man op die sowie so uit duizenden herkenbaar is, namelijk Kees van Lint. Hij heeft een bal onder zijn voetbalschoen.  De man met de bal onder de arm is Jan van Lint, de broer van Kees. Tussen Kees en Jan in staat Hans(ie) Veldt. Rechts, achter de liggende speler met krans, staat Hannes Vermeulen, in die jaren een van de meest waardevolle leden van Vriendenschaar. Links achter Jan van Lint staat de langste man van het hele gezelschap. Dat kan niemand anders zijn dan Stef van der Straten, jarenlang aanvoerder van Vriendenschaar. Links achter Kees van Lint, alleen zijn hoofd is zichtbaar, staat Jo van Kuik. Tweede van helemaal rechts staat de Vriendenschaarspeler Jan den Dunnen.

Vanwege eerdere afgelastingen moest Vriendenschaar uit en thuis nog aantreden tegen Culemborg (het vroegere SDO). Voor het kampioenschap waren die niet meer van belang. De uitwedstrijd tegen Culemborg werd teleurstellend 0-0 gespeeld. Dat kwam ook door het goede keepen van Smallenberg, de keeper van Culemborg. Deze Smallenberg was overigens de broer van Leen Smallenberg die bij Vriendenschaar voetbalde. Riens Copier was volgens de verslaggever op dreef. Over het publiek was de verslaggever niet tevreden, dat gedroeg zich nogal ‘onhebbelijk’.

Tot ieders verrassing verloor Vriendenschaar thuis met 1-2 van Culemborg. Vriendenschaar had het overwicht, maar verloor desondanks. Volgens de verslaggever in de Culemborgsche Courant was de nederlaag te wijten aan een onoordeelkundige opstelling van de voorhoede door de elftalcommissie. De grootste fout zou zijn dat de elftalcommissie niet zou bestaan uit personen die het voetbalspel door en door kenden. De elftalcommissie zou doodeenvoudig niet in staat zijn de spelers op hun kwaliteit te beoordelen.

De verslaggever bleek Felix van der Vliet te zijn, oud bestuurslid van Vriendenschaar en in die tijd consul bij de Nederlandsche Voetbalbond. Het commentaar van Van der Vliet, insider bij Vriendenschaar, schoot toenmalig voorzitter Cees Dubbeldam danig in het verkeerde keelgat. Met een uitgebreid ingezonden stuk in de Culemborgsche Courant diende hij Van der Vliet van repliek. Waarop Van der Vliet weer reageerde door de vuile was bij Vriendenschaar buiten te hangen, onder meer over misdragingen bij Vriendenschaar, niet afgedragen contributies en andere aantijgingen. En dat was voor Dubbeldam weer aanleiding voor een tweede ingezonden stuk.

De redactie van de Culemborgsche Courant maakte een einde aan het gehakketak in de krant:
“De meeningen van beide heeren over de toepassing van het voetbalspel zijn thans voldoende toegelicht. Zoowel onzen sportverslaggever als den heer Dubbeldam hebben we ruimte toegestaan hun standpunt te verdedigen. Daar echter blijkt, en hierin gaat onze verslaggever ook niet vrij uit, dat het persoonlijke boven het zakelijke, den boventoon gaat voeren en dit ons niet gewenscht voorkomt, sluiten wij hiermede het debat.”

Bron: HJ
Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!